Henrikes weblog


Afgelopen zondag, 27 juni 2010, is Ton Honig overleden, 53 jaar oud. Gedurende ruim tien jaar verzorgde hij regelmatig de toespraak in de diensten van de Amsterdamse Studentenekklesia. En altijd ging daar een verhaal voor de kinderen aan vooraf. Als Ton stond aangekondigd, waren er ook aanzienlijk meer kinderen dan gebruikelijk.

Ton was al jaren ernstig ziek – hij kreeg steeds minder adem – viel ruim dertig kilo af, lag zelfs een keer tien dagen in coma en was al opgegeven… maar het was alsof hij negens levens had: steeds kwam hij er wonder boven wonder weer bovenop, vanuit een enorm optimisme, een ontembare levensdrift, humor en werkkracht en altijd boordevol creatieve plannen.

Ook ik ben geschokt als ik dit bericht lees in mijn mailbox. De oproep om mee te komen zingen beantwoord ik dan ook meteen. Ik was altijd erg onder de indruk van zijn toespraken. Hij kon de dingen treffend zeggen, mooi. Het mooiste vond ik altijd dat hij een kinderverhaal vertelde. Er was destijds nog maar weinig aandacht voor de kinderen in de diensten, dus ik was blij verrast toen ik hem voor het eerst meemaakte.

Vandaag is de herdenkingsdienst in de Dominicuskerk. Er zijn mooie liederen gekozen.

Zeven maal, zevenmaal,
zevenmaal opnieuw geboren
kleingekregen uitgeworpen
wordt een mens om mens te worden.

Zeventig maal zeven bomen
zullen bloeien waar wij wonen
licht zal op het water stromen.

Ik denk dat ik met afstand kan zingen. Ik ken hem niet persoonlijk, dus ik ben wel verdrietig maar meer voor de anderen, die hem wel gekend hebben. Maar als ik dan dat prachtige lied zing: Dan zal ik leven, dan zal ik leven.... dan krijg ik het toch te kwaad. Al die verdrietige mensen, op het moment kan ik dat echt niet aan. Ik kan daar niet van een afstandje naar kijken. Dit soort dingen komen keihard binnen. Zijn kinderen die vertellen, zijn vrouw die een brief voorleest..... ik ben echt onder de indruk. Af en toe moet ik stoppen met zingen, maar ik wil niet huilen. Niet hier en nu. Die mensen daar, die hebben verdriet om een dierbare. Ik huil omdat ik het zo verdrietig voor hen vind. Maar ze hebben meer aan me als ik gewoon doorzing. Dus ik haal diep adem en zing opnieuw mee. Hard zingen, kom op. De dienst duurt langer dan verwacht. Colet van der Ven spreekt verbindende teksten tussen de liederen en toespraken en ze doet het erg mooi. Tot slot vraagt ze om een daverend applaus voor Ton, want hij heeft verschil gemaakt. Dat applaus krijgt hij en ik heb opnieuw tranen in mijn ogen. Minutenlang klinkt er applaus, soms neemt het af en dan opeens zwelt het weer aan. Prachtig. Het is een bijzondere dienst.